Ongelofelijke Thomas!
Vrijdag 8 februari en de voorspellingen zijn
oké, fris maar zonnig.
De avond ervoor aan de bar kwam weer het verhaal
van de Hoornse voorns voorbij.
En daarmee ook weer de vraag of wij dit in het
Haarlemse niet hebben.
Zo besloot ik die avond om mijn vrijdag te besteden
aan de zoektocht naar de Haarlemse voorn.
Locatie nieuwe gracht in het centrum. Ik beperk
me tot deze gracht om hem stelselmatig uit te
kammen.
Om 11.00 sta ik tegenover de koude Hoorn en tuig
ik mijn hengel in het zonnetje op. Bakje koffie
en dan starten we. Ik kam het eerste deel tot
aan de eerste brug uit. Niets, nada, noppes, niet
een stootje. Wel vier nimfen minder.
Dan maar weer even een kopje koffie. Tweede deel
tussen de bruggen levert wederom niets op. Bij
de brug van de Kruisstraat besluit ik met een
enkele nimf wat hoger te vissen. Ik ben inmiddels
8 nimfen kwijt met tegen de bodem vissen. Niet
alleen ik maak gebruik van de brug ook de Roemeense
dame met haar trekzak. Geloof me ik heb niets
tegen buitenlanders maar wat had ik een zin om
dit wijf met trekzak en al in de vaart te kieperen.
Vier akkoorden welke zich achtereenvolgens herhalen.
Door kou moest ze om de tien minuten pauzeren
om de handen te warmen. OOOO wat hoopte ik dat
het ter plekke -10 werd.
Ondanks de akkoorden kam ik de brug uit. Een passant,
een vriendelijke man komt een babbeltje maken.
Een chauffeur van de geparkeerde vrachtauto vraagt
mij of ik nog een vliegje nodig heb, hij had de
bindspullen achter in de auto. Ook hier maak ik
een babbeltje.
De achtergrond muziek komt mijn neus uit en ik
vertrek naar de volgende brug. Het wandelen in
het zonnetje is heerlijk maar de vis blijft uit.
Een heer op de fiets houdt in en vertelt mij dat
zijn vlieghengel al twee jaar in de garage hangt.
Ik leg hem uit dat hij zo niet veel vangt, ik
trouwens ook niet.
Met uiteindelijk het advocaten kantoor in de rug
ben ik aan het einde van de Gracht. Als ik een
blik op de gevel werp mis ik een naam. Ik zoek
een goede steen maar bedenk me.
Die steen komt later nog wel van pas als ik die
trekzakvrouw op de brug op de terugweg naar mijn
fiets passeer. Jammer de brug is niet meer bezet
ik kan mijn frustratie weer niet kwijt.
Ik eet nog een stukje pizza en maak een nieuw
plan. Spaarndam het kolkje.
Ik weet dat de sluisdeur voor onderhoud eruit
is. Mogelijk zwemmen hier mooie dikke voorns.
Onderweg op de fiets tref ik een hagelbui met
onweer. Hierna is de zon weer aanwezig.
Als ik Spaarndam binnen fiets kom ik twee bekende
muggen tegen die ook een poging wagen. Ook hier
nog geen teken. Ik strek ook hier mijn lijn en
wandel de kade af richting café Spaarndam.
De koude bereikt mijn botten en ik besluit me
te warmen. Koffie vraagt de barman, nee doe maar
een lekker biertje. Hij adviseert mij een ongelofelijke
Thomas, ik sta dit toe.
Zo raak ik aan de praat over Spaarndam en merk
ik dat iedere vaste gast hier door de barman met
"welkom thuis" wordt begroet. Ik leer de kenmerken
van een echte Spaarndammer door de ogen van inteelt.
Als de barman mij nog een Thomas inschenkt droom
ik weg en denk aan die dikke voorns in Hoorn en
waarom niet in Haarlem.
Even later sta ik op om naar huis te gaan de barman
zeg me gedag, tot morgen!
Steven
|
|
|